zaterdag 19 juli 2008

A Blogmurder Mystery Case


Waarom ik hier sta?

Ik heb een vriend die heel mooi kan bloggen, hij doet het drie keer in de week, hij zit over de honderd hits per dag. Geen onderwerp is hem te hoog gegrepen en hij haalt ook nergens zijn neus voor op. Hij fabuleert even eloquent en elegant over de tondelzwam als over Sturm und Drang, over de Unheimlichkeit van gele kermiseendjes als over Diderot de Balzac.
Vele mensen mailen hem comments onder echte of valse namen, ze veranderen soms van geslacht en maken intelligente grapjes, ze zeggen hoe geraakt ze zijn of hoe oneens maar nooit zonder esprit en altijd met respect.

Het leven op zijn blogspot ging zijn geestige gangetje aan een lekker tempo, tot Gérard ten scherme verscheen. Gérard was alles behalve bondig. Belezen en scherp dat wel, maar kernachtigheid was niet zijn ding. Hij was niet vies van plagiaten en citaten in zijn comments, ieder woord bij hem stond zonder bronvermelding tussen aanhalingstekens. Ja, zo kunt u het ook, ik hoor het u denken. Een Vlaamse James Joyce leek hij, sterker nog, hij kende de favoriete biersoort van mijn vriend want op een dag schreef hij: “Als je raadt wie ik hier parafraseer kom ik een fles Orval op je stoep zetten”.
Gierig, dat ook nog.

“Zijt gij Gérard?” vroeg mijn vriend mij op een keer, hij vroeg het eigenlijk aan iedereen.
“Natuurlijk niet, lachte ik, dat ziet ge toch aan de schrijfstijl, ik gebruik vier keer minder woorden en zelden die van een ander.”

Gérard bleef maar reageren met zijn intellectuele overbelasting die veel scrolling en concentratie vroeg. Zijn toon werd alsmaar grimmiger, hij haalde al eens een persoonlijke veeg uit de pan naar boven, een literaire weliswaar maar zelfs de mooiste zin ter wereld kan een wapen zijn. Het hangt er maar van af hoe je hem plaatst.
Uit zijn pikerende syntaxis bleek Gérard niet alleen een intieme bekende te zijn maar ook nog eens een verbolgen bekende met een nijdig angeltje.
Ik zweer u, geen blogbezoeker die zich niet suf piekerde over zijn profiel. Onze vriend sliep na elk artikel dat hij blogde weer slechter, maar hij behield zijn cool. Hij feliciteerde Gérard telkens beleefd met de eruditie van zijn comments maar hij dacht in zijn binnenste, lafaard, stop met dat anonieme gestalk, ge maakt mij gek.

Het ging van kwaad naar erger. In iedere kennis die hij ontmoette begon hij Gérard te zien, waar hij ook kwam, in het theater, in de supermarkt, bij de fietsenmaker om de hoek, in iedere blik een literaire grijns, in ieder woord een quote. Hij droomde 's nachts dat hij hem zelf was. Hij kwam nergens meer en viel aan blogvrees ten prooi. Want Gérard die liet zich alsmaar verder gaan. Op de duur drukte hij zich uit als een zatte Camus die tussen aanhalingstekens tegen Sartre zou zeggen, natuurlijk zijt ge existentialist, ge ziet zo scheel als een otter. Zo grof dus, dat ik moest ingrijpen. Ik schreef:
“Een grote bek opzetten tegen iemand die je kent en die niet weet wie je bent is spooky en goedkoop. Kom op míjn blog maar eens bluffen met uw naamloos citatengepook..”

Daarom sta ik hier dus. Als een woordensamouraï te wachten op een virtueel duel. Met vers geslepen stijlfiguren, adequate adjectieven, puntige punctuaties en panache. En garde, gelijk Cyrano de Bergerac,
“j’ouvre la ligne, je la bouche,
tiens bien ta broche, Laridon !
A la fin de l’envoie, je touche. »

Heeft iemand nog van Gérard gehoord?




2 opmerkingen:

koen zei

Is hoogmoed zonde of deugd?vroeg de dwaas
Maar de Wijze ging voorbij, en zeide: ja

Charivarius

U aangeboden door Gérard......., sorry door Koen

didiermaurice zei

là voilà!... un organisme, des organismes. Je vous salue.
Daar zie: flamboyante ritmiek, gymnastiek voor de geest. En garde! :)) d.